Verantwoord eigenaarschap betekent dat je oplet in je omgeving waar je bent met je hond. Je hebt respect voor je eigen hond en voor de honden van anderen. Je houdt rekening met mensen om je heen en voorkomt overlast, bijvoorbeeld door je hond bij je te houden, een lijn te gebruiken waar dat nodig is en hondenpoep op te ruimen. Zo kunnen mensen met en zonder hond prettig samenleven.
Meer begrip. Minder overlast.
De 15 VE-pijlers laten je in één oogopslag zien wat VerantwoordEigenaarschap is – en wat jij als eigenaar, professional of gemeente kunt doen.
1.Hondentaal
Honden “communiceren” met hun lijf. Ze gebruiken houding, beweging, blik, mond, oren, staart en spierspanning om te laten zien hoe ze zich voelen. Die signalen horen bij elkaar: alleen samen en bekeken binnen de situatie maken ze duidelijk hoe de hond zich voelt.
2.Management
Management bij honden betekent de omgeving en situaties zó regelen dat gewenst gedrag makkelijk is en ongewenst gedrag minder of geen kans krijgt. Management werkt naast training: je maakt goede keuzes voor de hond makkelijker. Wat werkt, hangt af van jouw hond en situatie.
3.Rust
Rust betekent slaap, korte dutjes en rustige momenten zonder prikkels van buitenaf. Tijdens rust kan het lichaam herstellen en het brein verwerken wat er eerder is gebeurd. Rust is net zo belangrijk als trainen en bewegen; zonder rust kan een hond niet goed leren, herstellen of ontspannen.
4.Hondenetiquette
Hondenetiquette zijn eenvoudige 'ongeschreven' omgangsregels die zorgen voor rust, veiligheid en ruimte— voor honden, mensen en de omgeving. Het gaat niet om ‘strenge regels’, maar om rekening houden met elkaar en met wat een hond nodig heeft.
5.Socialiseren & habitueren
Socialisatie: Positief leren omgaan met mensen en dieren via korte, prettige interacties.
Habituatie: Wennen aan omgeving (verkeer, geluid) zonder sociale interactie.
6.Veiligheid & preventie
Verantwoord Eigenaarschap is een samenspel: eigenaren maken goede keuzes, de omgeving nodigt uit tot gewenst gedrag. Gemeenten en overheid kunnen die omgeving slim inrichten, duidelijk communiceren en waar nodig vriendelijk handhaven. Samen vermindert dit stress, overlast en bijtincidenten – en vergroot het plezier van mens én hond in de openbare ruimte.
7.Rasspecifieke eigenschap
Rasspecifieke eigenschappen zijn kenmerken die bij een bepaald ras vaker voorkomen. Ze komen uit het oorspronkelijke werk van dat ras.
Voorbeelden: hoeden (zoals bij Border Collies), beschermen (Kangal), jagen (Beagles), maar ook energie, grootte en vachtverzorging. Let op: individu gaat boven raseigenschappen!
8."Hoog-Risico"-hond
“Hoog-risicohond” is een term die de overheid gebruikt in beleid en preventie. Het gaat om honden waarbij vaker ernstige bijtincidenten voorkomen. Dat betekent niet dat een hond “gevaarlijk geboren” is. Gedrag ontstaat door meerdere factoren samen: aanleg, omgeving, socialisatie, opvoeding en dagelijkse begeleiding.
9.Kind & hond
Kinderen leren om op de juiste manier met honden om te gaan is noodzakelijk. Fijn contact ontstaat met rust, duidelijke afspraken en keuzevrijheid voor de hond. Een volwassene kijkt altijd mee en stuurt bij waar nodig.
10.Pijn herkennen
Honden laten pijn vaak minder duidelijk zien dan wij denken. Subtiele veranderingen in houding, beweging en gedrag zijn meestal de eerste signalen. Daarom is het belangrijk om alert te zijn op pijn—ook als er dus geen “duidelijke signalen” te zien is.
11.Werkhonden
Werkhonden zijn honden die getraind zijn om specifieke taken uit te voeren, zoals politie- of zoek- en reddingshond, hulphond, of bewakershond.
- Opsporingswerk: Ze worden ingezet om explosieven, drugs of vermiste personen te detecteren en op te sporen.
- Hulpverlening: Hulphonden helpen mensen met een beperking bij dagelijkse handelingen.
- Politie- en beveiligingstaken: Ze worden ingezet als politiehond, voor bewaking en in de defensie.
12.Praktische zaken
Voordat je een hond koopt, is het belangrijk om je goed voor te bereiden. Zo voorkom je teleurstellingen, verdriet en stress voor jou én de hond. Verwachting en realiteit kan namelijk heel ver uit elkaar liggen. Denk na over wat er écht bij jullie huishouden past: het ras/karakter en de energie van de hond, jullie dagindeling, de kosten en de ruimte waarin je leeft.
13.Gezondheid
Gezondheid gaat over het lijf én het hoofd van je hond. Belangrijk zijn: zonder pijn kunnen bewegen, een goed gewicht, goede voeding en genoeg water. Ook een schoon gebit en een gezonde huid en vacht horen erbij. Verder spelen hormonen, leeftijd en goede slaap een rol. Voelt je hond zich niet fijn? Dat zie je vaak eerst aan zijn gedrag.
Voorbeelden van signalen:
-
Hij is sloom of juist drukker dan normaal.
-
Hij wil niet wandelen, eet minder of likt veel aan één plek.
-
Hij trekt zich terug, gromt sneller of slaapt onrustig.
14.Rouw
Rouw gaat niet alleen om overlijden, maar ook om herplaatsing, scheiding of gedeeld eigenaarschap, ziekte, vermissing. Iedereen rouwt op zijn eigen manier en tempo—daar zit geen goed of fout in. Wat wél helpt: erkennen dat verdriet normaal is wanneer je leven zo verweven is met dat van je hond.
15.Fokker
De herkomst van je pup bepaalt een groot deel van zijn gezondheid, gedrag en toekomst. Een goede fokker werkt met kennis en liefde voor het ras (of kruising) en begeleidt jou ook ná de aankoop. Zo voorkom je veel verdriet, kosten en misverstanden.